In de vroege ochtend is er een kameeltje ter wereld gekomen in DierenPark Amersfoort.
Het jong drinkt goed en loopt, onder de hoede van moeder Rosa, rond in het verblijf. “Na de geboorte is het belangrijk dat de jonge kameel binnen een paar uur op eigen poten staat. In het wild is een kameel namelijk kwetsbaar als het dier op de grond blijft liggen,” vertelt dierverzorger Corine de Ruiter. Kamelen komen oorspronkelijk voor in de Gobiwoestijn in Mongolië en China. “Daar wordt de wilde kameel met uitsterven bedreigd. Onder andere stropers en droogte verkleinen de overlevingskans van het dier. Daarnaast wordt het leefgebied bijvoorbeeld gebruikt voor vee en industrie, hierdoor is er steeds minder land voor wilde kamelen,” legt de dierverzorger uit.
Kamelen hebben een draagtijd van twaalf tot dertien maanden. Al snel na de geboorte eten de jongen wat vast voedsel mee als aanvulling op de melk die zij drinken bij hun moeder. “Jonge kameeltjes proberen dan overal op te knabbelen. Je kunt het jong dan ook al over ongeveer één week met wat plukjes hooi in de bek zien rondlopen,” vertelt Corine. “Kamelen zijn makkelijke eters, zij lusten alles: gras, bladeren, kruiden en zelfs cactussen.” De dierverzorgers hebben het geslacht kunnen vaststellen; het jong is een vrouwtje en heeft de naam ‘Raya’ gekregen.
Het kamelenjong is nu samen met de rest van de kamelengroep buiten te bewonderen in de Stad der Oudheid in DierenPark Amersfoort. “Dit pasgeboren kameeltje is in ieder geval nu niet alleen te spotten, maar ook af en toe goed te horen,” vertelt de dierverzorger enthousiast. “Volwassen kamelen maken verschillende soorten grommende geluiden: hoge blaten, luide balgen en rommelend gebrul. Het jong laat van zich horen door hard en hoog te mekkeren.” De pasgeboren kameel is de eerste voorjaarsgeboorte in DierenPark Amersfoort. Dierverzorger Corine: “Wie weet verwelkomen wij dit jaar meer jonge dieren.”